Onze taak

Paritair Comité 309

Als werkgeversdelegatie volgt de BVBL de werkzaamheden van Paritair Comité 309, het Paritair Comité voor de beursvennootschappen.

Paritair Comité 309 verschilt van Paritair Comité 310, dat verantwoordelijk is voor de banksector.

Toepassingsgebied PC 309

Het lidmaatschap van Paritair Comité 309 staat open voor:

  • elke beleggingsonderneming zoals bepaald in artikel 47, §1, 1°, 2°, 3° en 4°, van de wet van 6 april 1995;
  • elke kredietinstelling zoals bepaald in artikel 13 van de wet van 22 maart 1993, waarvan de activiteit hoofdzakelijk erin bestaat professionele beleggingsdiensten te verlenen zoals vermeld in artikel 46, 1° en 2°, van de wet van 6 april 1995;
  • elke vennootschap voor beleggingsadvies zoals bepaald in artikel 123 van de wet van 6 april 1995.

Samenstelling PC 309

Vaste LedenPlaatsvervangers
Karine De Clerck- KBC SecuritiesChristine Boghmans – Leleux Associated Brokers
Thibaut de Saint-Moulin - RBC Investor ServicesAlexandre Goldwasser – Goldwasser Exchange
Frédéric Dorsimont – Leleux Associated BrokersGauthier Bienfait – CapitalatWork
Alain Guigui – Goldwasser Exchange & C°Leen De Smet- KBC Securities
Gert Heynderickx – BVBLSuzanne Poirters – CapitalatWork
Ingrid Stevens – Leo StevensQuentin Metz - Pire Asset Management
Cécile Dessambre – ProcapitalDavid Rinquet – Procapital

StartFin-opleidingsprogramma

Ter uitvoering van de sectorakkoorden gesloten in het Paritair Comité voor de beursvennootschappen (PC 309) in 2007 hebben de sociale partners het StartFin-opleidingsprogramma opgesteld. In dat plan gaat het om initiatieven voor de bevordering van de opleiding en werkgelegenheid voor de risicogroepen onder de werknemers in de sector. Startfin wordt gefinancierd door het Paritair Fonds voor de risicogroepen, dat zelf wordt gestijfd door werkgeversbijdragen en gezamenlijk wordt beheerd met de sociale partners in Paritair Comité 309.

Het StartFin-progamma omvat een waaier aan cursussen op basis van 5 soorten seminaries:

  1. Banktechnieken
  2. Sociale vaardigheden
  3. Bureautica en nieuwe bekwaamheden
  4. Talen
  5. Compliance

Die seminaries bestaan uit een aantal cursussen die aan de behoeften van iedereen zijn aangepast. Ze worden vaak bijgewerkt afhankelijk van de nieuwe uitdagingen waarmee de sector wordt geconfronteerd.

Wie komt daarvoor in aanmerking?

De opleidingsprogramma’s zijn ter beschikking van alle medewerkers van een beursvennootschap/bank die onder de bevoegdheid valt van het Paritair Comité voor de beursvennootschappen (PC 309), als die medewerkers behoren tot een van de volgende categorieën:

  • bedienden van minstens 50 jaar oud,
  • bedienden van minstens 40 jaar oud die met ontslag zijn bedreigd,
  • bedienden die sinds minder dan één jaar werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding,
  • bedienden met een verminderde arbeidsgeschiktheid,
  • jonge bedienden die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden in een stelsel van alternerend leren of in het kader van een individuele beroepsopleiding in een onderneming,
  • bedienden die wegens reorganisatie of informatisering ernstige moeilijkheden ondervinden bij de omschakeling,
  • werknemers die op het ogenblik van hun indiensttreding niet over voldoende relevante ervaring beschikken,
  • laaggeschoolde bedienden.

Hoe verloopt de inschrijving?

Op initiatief van de werknemer:

Op initiatief van de werkgever:

  • Opleiding op verzoek

Invullen naar keuze van de volgende formulieren:

Besluitvorming:

  • Voorafgaande goedkeuring door de raad van bestuur van de BVBL;
  • Tegemoetkoming op voorwaarde van akkoord vanwege het Paritair Fonds voor de risicogroepen (PFRG) en onder diens voorwaarden;
  • Het PFRG neemt de eventueel door de vennootschap aangerekende vervoerkosten niet op zich;
  • De inhoud van de opleiding mag niet rechtstreeks of onrechtstreeks betrekking hebben op de onderneming, op procedures en/of producten die eigen zijn aan de onderneming of op de ontwikkeling ervan;
  • De aanvragen voor een tegemoetkoming moeten worden ingediend binnen één maand na het einde van de opleiding of de ontvangst van de factuur;
  • Zonder daadwerkelijke deelname zal geen tegemoetkoming worden toegekend.

Beschermingsfonds voor deposito’s en financiële instrumenten

De tegoeden van deposanten bij hun financiële instellingen genieten een zeer grote bescherming. Een van de maatregelen is de terugbetalingsgarantie voor deposito’s wanneer een instelling in gebreke blijft. Die waarborg voor particulieren, verenigingen alsook kleine en middelgrote ondernemingen werd in 2008 opgetrokken van 20.000 EUR tot 100.000 EUR. Het garantiesysteem geldt ook bij eventueel verlies van effecten op een rekening bij een financiële instelling. Het bedrag van die dekking bleef behouden op 20.000 EUR. Voor die effecten bestaan er andere beschermingsmaatregelen, waaronder het rechtstreeks recht op teruggave voor de cliënten, zodat de effecten buiten de boedel van een faillissement vallen.

Bij de wet van 22 april 2016 tot omzetting van Richtlijn 2014/49/EU inzake depositogarantiestelsels en houdende diverse bepalingen werd een punt gezet achter de opdracht van het Beschermingsfonds voor deposito’s en financiële instrumenten (hierna het ‘Beschermingsfonds’) op het gebied van de organisatie en het beheer van de Belgische regeling voor depositobescherming. De depositobescherming wordt vanaf nu uitsluitend door het Garantiefonds voor financiële diensten geregeld. Het Beschermingsfonds blijft voorlopig nog de aangewezen instelling voor de organisatie en het beheer van de beschermingsregeling voor de financiële instrumenten overeenkomstig Richtlijn 97/9/EG inzake de beleggerscompensatiestelsels. Deze website bevat bijgevolg enkel nog informatie over de bescherming van de financiële instrumenten.

De BVBL is verantwoordelijk voor de deelname van de beursvennootschappen aan het Beschermingsfonds voor deposito’s en financiële instrumenten tot op het punt waarop de resterende tegoeden volledig zijn verdeeld.

Ombudsfin

Ombudsfin is bevoegd voor de buitengerechtelijke beslechting van consumentengeschillen in financiële zaken.

Ombudsfin staat onder leiding van de Ombudsman, een onpartijdige bemiddelaar die probeert een oplossing te vinden voor een geschil tussen een cliënt en zijn bank, een beursvennootschap, een vermogensbeheerder, een beleggingsadviseur of een kredietonderneming.

De Ombudsman brengt een niet-bindend advies uit over de zaak die is voorgelegd. Als de cliënt niet akkoord gaat met de inhoud van het advies, behoudt hij al zijn rechten om zich tot de rechtbank te wenden.

Ombudsfin is bevoegd voor bepaalde klachten van ondernemingen.

De BVBL is verantwoordelijk voor de deelname van de beursvennootschappen aan Ombudsfin.

Het college van experten

Het College van experten buigt zich over de meest ingewikkelde klachten of over klachten die betrekking hebben op principiële aangelegenheden. Het college is paritair samengesteld uit deskundigen die zijn aangewezen door de bedrijfsfederaties en door de beroepsvereniging van de financiële sector. De voorzitter en de ondervoorzitter zijn onafhankelijke experts.

Deelname aan het bestuur van Febelfin

Sedert 2003 is de BVBL een deelvereniging van Febelfin.

Wat het bestuur naar buiten uit betreft, beschikt de BVBL over een bijzondere vertegenwoordiging in de raad van bestuur van Febelfin.

Voor het intern bestuur worden de dagelijkse taken van Febelfin verdeeld onder de Business & Support Lines, elk met een eigen verantwoordelijkheid. De BVBL is dus vertegenwoordigd in diverse comités.